door rookglas verduisterd
waag jij liefkozingen
dubbel gekooid
je gepolitoerde mond
proeft teder
mijn hunkerende lippen
jouw hebberige hand
prangt zich
om mijn borst
jij vlijt mijn rechter
op jouw kruis
waar je ontwaakt
mijn linker masseert
koud en krachteloos
tot warm leven
in deze Faradaykooi
slaat bliksem
in onze harten
toch stap jij weer uit
na onze korte hemel
pendelt naar je hondenhok
MG20150317BS
Geen opmerkingen:
Een reactie posten