lethargische staren in 't verleden,
uitgeput treurig hangen in een stoel.
Uren verglijden met niksen zonder gevoel
-wat niet zalig is, maar kennelijk nodig-
om mijn beschadigde ziel te fixen.
Mijn huis schreeuwt om aandacht
net zoals de kat, die ik wel streel,
maar op de automatische piloot.
Ik weet niet wat, maar iets is mij teveel
laat mij maar, zwijg mij maar dood.
Ik weet niet meer wat ik verwacht,
afspraken worden afgezegd, niet verschoven.
Ik verzuip in verplichtingen, zij stapelen zich.
Toch blijf ik loom in pyjama, hoe kom ik dit te boven?
Is het alleen het vallend blad? of is het dat
ik mij nietig voel, keuze blijkbaar niet waardig.
Ik doe mijn best: blijf tegen onwaardigen aardig.
Ik weet het wel: geluk is een bloem
die bloeit in eigen hart en ik daar pluk.
Kennelijk is het mesttijd en moet het groeien
op mijn shit. Goeie shit, die doet bloeien.
Een wedstrijd in mijn hart in stank vertrapt.
Ik ben geen harttuinman nu en zie geen pad,
maar ik betaal daarvoor een prijs en
voel mij leeg in mijn somnolente loop.
©Mattie Goedegebuur
©Mattie Goedegebuur